4. Hoe besteed je aandacht aan gedwongen arbeid in het IMVO-beleid?

Bij gedwongen arbeid gaat het om arbeid of diensten die van een persoon worden gevorderd onder bedreiging met een straf en waarvoor de betrokken persoon zich niet vrijwillig heeft aangeboden. Gedwongen arbeid kan zich ook in meer subtiele gedaanten voordoen, zoals het innemen van identiteitsbewijzen of psychologische dwang. Er kan ook een link zijn met mensenhandel. Het doel van mensenhandel is doorgaans op uitbuiting gericht.

Gedwongen arbeid kent vele verschijningsvormen, waaronder:

  • Schuldslavernij: gedwongen tewerkstelling vanwege eerdere schuld (soms al voor de geboorte van de werker ontstaan) of een contractuele verplichting.
  • Werving van personeel: Soms wordt tijdens het werven van personeel gewerkt met voorschotten en/of leningen. Die zorgen al meteen voor een afhankelijkheid.
  • Huisvesting: Ook de combinatie van werk en huisvesting voor migranten zorgt voor extra afhankelijkheid en dus kwetsbaarheid voor uitbuiting.
  • Dwangarbeid met het oog op productie, in gevangenis, werkkamp of krijgsgevangenschap.
  • Werk onder dwang en onmenselijke omstandigheden tegen geen of onregelmatige betaling.
  • Dwangarbeid: Mensen worden indirect gedwongen overuren te maken omdat hun gewone loon te laag is om van te leven.

Dit kun je doen: