Kim Putters ontvangt NLBVO Oeuvreprijs onderhandelen 2025
SER-voorzitter Kim Putters heeft op 9 september de NLBVO Oeuvreprijs onderhandelen 2025 ontvangen uit handen van juryvoorzitter Marry de Gaay Fortman. De NLBVO, de Nederlandse Beroepsorganisatie voor Onderhandelaars, reikt Kim de prijs uit vanwege “zijn uitzonderlijke vermogen om in een tijd van toenemende polarisatie partijen bij elkaar te brengen. Als informateur tijdens de kabinetsformatie van 2024, als voorzitter van de SER en als bestuurder en wetenschapper heeft hij steeds laten zien dat dialoog en samenwerking de basis vormen om vooruit te komen.”
Van links naar rechts: Marry de Gaay Fortman (juryvoorzitter), Kim Putters, Tim Masselink (voorzitter van de NLBVO) en Maarten van Rossum (head of strategy bij &FLUENCE)
De jury roemt zijn inzet om in een tijd van toenemende polarisatie steeds bruggen te blijven bouwen. “Dat verbindende vermogen loopt als een rode draad door zijn carrière. Putters schuwt het daarnaast ook niet om in gesprek te gaan met mensen die er anders overdenken.” Voor de jury belichaamt Kim Putters als geen ander de essentie van het onderhandelingsvak: “iemand die in turbulente tijden vasthoudt aan democratische principes, rust en verbinding brengt daar waar conflict dreigt te domineren, en met verbindend leiderschap vertrouwen herstelt.”
In zijn dankwoord verwoordde Kim Putters zijn zorgen over deze tijd en hoe hij de rol van dialoog en de SER daarin ziet. “Polen van opvattingen in de politiek en de samenleving staan voortdurend tegenover elkaar. Voor of tegen Europa of klimaatbeleid. Voor of tegen de industrie. Voor of tegen het erkennen van diversiteit en bevorderen van inclusie. Maar, het leven is niet alleen voor of tegen, ja of nee. De uiterste polen krijgen veel aandacht in het publieke en politieke debat en worden steeds gevoed met mediaberichten en crisisachtige gebeurtenissen. Via het overlegmodel willen wij dat juist doorbreken en echt in dialoog gaan om oplossingen te vinden die de brug slaan tussen verschillen van mening in plaats van ze nog groter te maken. En daarbij ook het ‘stille midden’, de grote groepen mensen tussen de uiterste polen qua opvattingen, bereiken en betrekken.”