Kunnen we zonder de menselijke hand of toch niet?
Beleidsstukken samenvatten, een marketingplan maken of slogan bedenken: artificiële intelligentie (AI) maakt het mogelijk om voorheen menselijke taken door een computer te laten doen. De een vindt het fantastisch, de ander maakt zich zorgen. Vanessa Hofland van Monks en vertaler Anne Marie Koper gaan in gesprek.
Tekst: Dorine van Kesteren | Leestijd: 6 minuten
Aan het woord:

Vanessa Hofland, managing director van Monks in Nederland.

Anne Marie Koper, literair vertaler vanuit het Engels en Duits.
Stel...”, Vanessa Hofland, directeur van Monks, een wereldwijd opererend digitaal marketingbedrijf, denkt even hardop. “Ik wil een commercial waarin een paard door de branding rent, met drie mensen op zijn rug en op de achtergrond een fantasiemonster dat oprijst uit de golven.” Lachend: “Niet mis hè. Vroeger was het een hele toer om zo’n idee uit te werken. Het kostte weken om fysieke locaties te zoeken, te filmen en de beelden na te bewerken. Nu, met AI, kunnen we de gekste ideeën testen en weten we in een mum van tijd of iets werkt of niet. Ik merk dat dit bij onze medewerkers een katalysator is voor creativiteit en vrijdenken. Alles is mogelijk – alle tijden, alle plaatsen, alle figuren – en je kunt allerlei opties tegelijk onderzoeken.”

Clichématig
Anne Marie Koper snapt de voordelen van zo’n wereld zonder fysieke beperkingen en praktische bezwaren, vooral als het gaat om beeld. In haar vak ligt het anders, vindt ze. Koper vertaalt fictie- en non- fictieboeken uit het Engels en Duits. “Tekst die door AI-modellen wordt gegenereerd, is vaak pover, clichématig en voorspelbaar. Ook als het grammaticaal deugt, zijn er veel betere formuleringen denkbaar. Zeker het schrijven en vertalen van romans en poëzie is echt nog een brug te ver. Dat is een vorm van scheppen waarbij de menselijke hand onmisbaar is.”
“Nuances, woordgrapjes, originaliteit: dat kan AI nog niet goed genoeg”, beaamt Hofland. “Maar het duurt niet lang meer voordat AI foutloze gebruiksaanwijzingen en beleidsstukken aflevert.” Koper erkent dat voor zakelijke teksten de lat lager ligt dan voor literatuur.
“Hoewel het doel van álle teksten is dat ze gelezen worden en dat de boodschap overkomt. Als je dat goed wilt doen, heb je in mijn ogen altijd een menselijke schrijver of vertaler nodig.” Is er dan geen enkele AI-toepassing die het leven van vertalers makkelijker maakt? “Ja hoor. De spellingcontroles, bijvoorbeeld. En de middelen om spraak om te zetten in tekst en vice versa.”
Dankzij AI kan Monks meer doen in minder tijd. Die toegenomen snelheid is prettig voor de klanten van het bedrijf. Tijd is immers geld. Ook in de vertaalwereld verwachten opdrachtgevers dat het werk sneller en goedkoper kan, merkt Koper.
Vanessa Hofland ‘AI is een extreem handig Zwitsers zakmes dat erbij is gekomen in onze gereedschapskist’
“Terwijl het corrigeren van een AI-vertaling evenveel of zelfs meer tijd kost dan het helemaal zelf doen. Tegelijk verandert de perceptie van ons beroep bij klanten en het publiek. ‘Vertalen, ach, dat doet de computer, jullie hoeven alleen nog maar wat punten en komma’s te zetten.’ Dit ondermijnt ons gezag en vakmanschap.”
Monks gebruikt AI op allerlei manieren. Onder meer bij het brainstormen, het bewerken van beeld en het creëren van persona’s, fictieve personen die gelden als afspiegeling van de doelgroep van een bedrijf. Hofland: “Ik zie AI als een extreem handig Zwitsers zakmes dat erbij is gekomen in de gereedschapskist. Vervolgens is het aan onze strategen, data-analisten en creatieven hoe ze ermee omgaan. Bij ons werken mensen en AI samen. Een voorbeeld: de vertalingen van campagneteksten die AI maakt, hebben altijd nog een menselijke blik nodig. Gewoon, om het optimaal te krijgen.” Al met al is er bij Monks minder menselijke arbeid nodig dan pakweg vijf jaar geleden. “Er zijn banen veranderd en er zullen nog meer banen veranderen. Zo hebben beeldbewerkers nu vijftig procent meer tijd om andere taken te doen. Of om bij te leren, bijvoorbeeld op AI-gebied.”
Gespannen voet
Is AI dan enkel positief? “In onze branche wel”, zegt Hofland beslist. “Er valt nog zoveel te ontdekken en te leren, de ontwikkelingen gaan zo hard. Neem bijvoorbeeld de AI-tool die een filmpje maakte van de Amerikaanse acteur Will Smith die spaghetti at. De eerste beelden waren schokkerig en weinig waarheidsgetrouw. Nu zijn we één jaar verder en lijkt het bijna echt. Ook Agentic AI biedt enorme kansen. Dat is AI die verder gaat dan een gewone chatbot: niet alleen vragen beantwoorden, maar ook zelfstandig acties ondernemen, zoals vergaderingen plannen en de agenda bijhouden.”
“Maar”, vervolgt ze, “ik ben ook burger, volg het nieuws en zie de bredere risico’s wel degelijk. Het systematisch verzamelen en opslaan van data staat op gespannen voet met de privacywetgeving. De macht van de grote techbedrijven neemt toe.” “AI is ook een bedreiging voor het klimaat, omdat datacentra ongelooflijk veel energie en (koel)water verbruiken”, vult Koper aan. “En, wat mij daarnaast zorgen baart: mensen verliezen steeds meer vaardigheden en kennis als alles wordt gedigitaliseerd. Dat geldt ook voor taalvaardigheid. Als je zelfs Sinterklaasgedichten door AI laat schrijven, als je nooit meer een vreemde taal hoeft te spreken of te schrijven … Use it or lose it. Zo creëren we een enorme afhankelijkheidspositie van technologie.
Koper en Hofland pleiten voor meer democratische controle. Zij vinden het belangrijk dat Europa het voortouw neemt en de richtlijnen handhaaft die desinformatie op sociale mediaplatformen tegengaan, consumenten online beschermen en meer concurrentie creëren op de Europese digitale markt. “De technologische ontwikkelingen zelf zijn niet te stoppen, maar we moeten met elkaar de grenzen stellen. Persoonlijk vind ik dat de politiek erg langzaam reageert”, zegt Hofland. Koper: “Dat ben ik niet helemaal met je eens. Het uitwerken van regelgeving moet zorgvuldig gebeuren en dat kost tijd.”
Gerelateerde artikelen
Brug slaan
Op bedrijfsniveau probeert Monks de risico’s zelf in te perken. “Onze juristen hebben de beslissende stem als het gaat om de toepassing van AI. Verder zitten wij aan tafel met de techbedrijven onder onze klanten en oefenen we ook langs die weg invloed uit.” “Als zzp’er heb ik die mogelijkheid natuurlijk niet”, reageert Koper. “Het is zaak dat burgers en het midden- en kleinbedrijf meer te zeggen krijgen over de technologie die ze gebruiken.”
Het zou goed zijn als de SER een visie opstelt op eerlijke en inclusieve AI, zeggen ze allebei. Koper: “Ik zie voor de SER een voorlichtende rol over de voor- én nadelen van AI. Als ze dat afgewogen doen, komen ze vanzelf bij onderwerpen als transparantie, medezeggenschap en eerlijke beloning. En bij een plan voor de mensen die door AI hun baan verliezen en omscholing, ander werk of een uitkering nodig hebben.” Hofland: “De SER kan een brug slaan tussen sectoren die veel en sectoren die niet of nauwelijks met AI te maken hebben, zodat zij ervaringen kunnen delen.” (In het SER-advies dat later dit jaar verschijnt, ligt de nadruk op het pakken van kansen, het voorkomen van misstanden en het meenemen van mensen in het gebruik van AI.
Zo wordt bijgedragen aan brede welvaart. Zie ook het themaverhaal vanaf pagina 4 en de bijdrage van kroonlid Nanda Piersma op pagina 17 van Zicht op artificiële intelligentie (AI), red.).
Anne Marie Koper ‘Mensen verliezen steeds meer vaardigheden en kennis als alles wordt gedigitaliseerd’
Ervaringen delen, net zoals Hofland en Koper in dit gesprek ook hebben gedaan. Wat nemen ze mee naar huis? “Het was interessant om te horen hoe AI werkt als bron van inspiratie. Ik had ook niet verwacht dat juristen zo’n belangrijke rol spelen bij Monks”, zegt Koper. Hofland: “Ik vind het erg dat AI leidt tot inflatie van het beroep van vertaler. Daardoor realiseer ik me nog meer dat de medaille twee kanten heeft.”