Zicht op

Vijf vragen over AI op de werkvloer

Kunstmatige intelligentie (AI) verandert de wereld én de werkvloer. Hoe? Dat vertelt Marleen Huysmans, hoogleraar Kennis & Technologie aan de VU en hoofd van het KIN Center for Digital Innovation. Een van haar speerpunten: zorg dat werkenden meer snappen van technologie. Dan zijn ze er minder bang voor.

Dorine van Kesteren

1. Wordt ons werk straks overgenomen door slimme computers

“Enkele jaren geleden deden vrij alarmerende berichten de ronde, maar inmiddels schatten wetenschappers in dat het wel mee zal vallen. Ten eerste zorgt de vergrijzing ervoor dat er de komende decennia juist alleen maar behoefte is aan meer menskracht en arbeid. Verder blijkt dat de huidige technologische systemen klein zijn. Ze hebben geen gevolgen voor hele beroepen, maar alleen voor een deel van de taken die daarbij horen. Denk aan een advocaat die het doorzoeken van jurisprudentie aan een computer kan overlaten, maar niet het opstellen en voordragen van de pleitnota.”

Lees door onder de foto

Slimme roboticaboeren in de tuinbouw
© Shutterstock

2. Ontstaan er ook nieuwe banen?

“Absoluut. Voor het maken en toepassen van de technologie moeten mensen worden opgeleid. Vijf jaar terug had bijvoorbeeld niemand nog van data scientists gehoord. Daarnaast ontstaat er een ‘tussenlaag’ van mensen die de bevindingen van het systeem vertalen naar de dagelijkse werkpraktijk.”

‘Hoe slim een systeem ook is, het mist gezond verstand’

“De politie bijvoorbeeld werkt met systemen die de eigen en CBS-data over criminaliteit analyseren. Het idee is dat zo statistisch te voorspellen is waar en wanneer misdrijven worden gepleegd. Maar hoe slim het systeem ook is, het mist gezond verstand. Het kan zomaar voorspellen dat er auto-inbraken gaan plaatsvinden in een straat waar een parkeerverbod geldt, om een simpel voorbeeld te noemen. Het is dus aan de mens om gezond verstand en achtergrondinformatie toe te voegen aan het systeem. De politie noemt deze medewerkers de intelligence officers.”

“Ook in de radiologie wordt gebruik gemaakt van zelflerende computerprogramma’s, die afwijkingen herkennen op röntgenfoto’s en scans. Dit helpt de radioloog bij het interpreteren en prioriteren van de beelden en kan tijdwinst opleveren. Maar ook hier zijn mensen nodig die de vertaalslag maken naar de arts en de concrete, medische context.”

3. Tussenkomst van de mens is dus nog steeds niet overbodig?

“Dat klopt. Menselijke vaardigheden, zoals creativiteit, kritisch denken en overtuigingskracht, blijven onmisbaar. Net als empathie en emotionele intelligentie. In sommige beroepen zal AI nooit een rol spelen: kappers, leerkrachten, psychologen, psychiaters, coaches… Fantasieën en voorspellingen over de toekomst van werk hebben vaak een science fiction-achtig karakter, maar niemand zit te wachten op bijvoorbeeld online coaching. Daarvoor is het intermenselijk contact te belangrijk.”

“Organisaties die AI gebruiken, moeten zich bovendien realiseren dat er nog steeds mensen aan te pas komen. Het zijn niet enkel neutrale data en algoritmes. De data van de politie worden gefilterd door een mens, en daarmee komt de subjectiviteit terug in de uitkomsten.”

4. Wat vraagt AI van werkenden?

“Meer kennis van de technologie. Dat geldt voor mensen in alle mogelijke functies, met alle opleidingen en van alle leeftijden. Als mensen beter snappen hoe systemen zijn ontworpen en wat ze wel en niet kunnen, hoeven ze minder bang te zijn. Dan snappen ze dat het uiteindelijk altijd ménsen zijn die de beslissingen nemen over de inzet van technologische systemen.”

‘Bij directie en management is technische kennis vaak ver te zoeken’

“Bij directie en management is technische kennis vaak ver te zoeken. Het komt voor dat zij, gepusht door consultants die zeggen dat ze de boot definitief missen als ze geen gebruik gaan maken van AI, te snel denken dat ze geen mensen meer nodig hebben. Zo deden wij onderzoek bij een bedrijf dat alle veertig verkoopmedewerkers de laan uitstuurde, omdat het dacht dat het systeem beter kon voorspellen wanneer de klanten toe waren aan een nieuw apparaat. Dat bleek een overhaaste, ondoordachte beslissing, die later weer is teruggedraaid.”

“Aan de andere kant is bij technici meer kennis nodig van het domein waarvoor zij de systemen ontwerpen. Het is niet goed als mbo’s, hbo’s en universiteiten techneuten afleveren die niets weten van de samenleving, van wetten en ethiek. Want die aspecten zitten ook altijd aan het gebruik van technologie.”


Meer lezen? SERmagazine verschijnt ook 5 keer per jaar als papieren tijdschrift.


5. Hoe kunnen werkenden beter worden toegerust?

“Daar is de overheid aan zet. Zij moet zorgen voor een meer multidisciplinair curriculum bij techniekopleidingen én voor meer mogelijkheden voor een leven lang leren op het gebied van technologie. Met het KIN Center for Digital Innovation geven we trainingen aan bedrijven. Wij leren de medewerkers welke technologieën er zijn en wat deze voor hen en hun organisaties kunnen betekenen. Hier is veel behoefte aan, maar wij kunnen natuurlijk niet heel Nederland bedienen. Het zou dus mooi zijn als er meer, niet-commerciële aanbieders van dit soort kennis kwamen.”


Meer over de effecten van technologisering op de arbeidsmarkt

Verdwijnen onze banen en worden we vervangen door AI-technieken? Of verandert vooral de aard van ons werk? In het kennisdocument Effecten van technologisering op de arbeidsmarkt brengt de SER de laatste onderzoeken op dit gebied in kaart. Hierbij komt een aantal trends aan de orde. Zo is blijven leren van groot belang. Ook blijkt dat er meer banen aan de bovenkant en onderkant van de arbeidsmarkt bijkomen, en dat de vraag naar middelbaar opgeleiden daalt. Het kennisdocument behandelt algemene studies en zoomt daarnaast in op de zorg en de energietransitie.

Arbeidsmarkt. Onderweg naar het werk.