Corporate topvrouw Petri Hofsté: “Gebrek aan inclusie aankaarten, is moeilijker voor vrouwen”

5 juli 2021 - Topcommissaris en lid van de raad van advies van SER Topvrouwen Petri Hofsté is door het tijdschrift Management Scope maar liefst voor de vijfde keer uitgeroepen tot invloedrijkste corporate vrouw van Nederland. Juist deze invloedrijke positie draagt bij aan haar persoonlijke missie: de boardroom diverser te maken. “Corporates zijn aardig op weg, maar het liefst zie ik nog veel meer iconische benoemingen.”

“Hartstikke eervol.” Dat is de primaire reactie van Petri Hofsté op het feit dat zij door het tijdschrift Management Scope opnieuw tot nummer 1 in de Top-100 Corporate Vrouwen uitgeroepen is (in een ranking met mannen en vrouwen van hetzelfde magazine stond ze ook al twee keer bovenaan als invloedrijkste commissaris). Hofsté, commissaris bij Rabobank, Achmea, Fugro, Pon Holdings en voorzitter van het bestuur van Stichting Nyenrode, heeft meteen daarna een kritische noot. Het feit dat zijzelf zo vaak de eerste plaats behaalt, baart haar zorgen. “De ranking van Management Scope is objectief en wordt op basis van data samengesteld, dus de lijst snijdt hout. Daarom vind ik het behalve eervol ook jammer dat de lijst niet sneller verandert.”

Nieuwe vrouwelijke benoemingen zijn hard nodig, vindt de topcommissaris. Dat geldt voor de ruim 5.000 grote, invloedrijke bedrijven net zo goed als voor het beursgenoteerde bedrijfsleven: “Ik zie graag meer vrouwen in zware business-rollen, met profit & loss-verantwoordelijkheid én met de voorzittershamer. Dus niet alleen in sectoren waar vrouwen het al heel goed doen.” Het mooist zijn benoemingen als die van Bianca Tetteroo, eentje van ‘iconisch niveau’, in de woorden van Hofsté. Tetteroo is sinds 13 april van dit jaar bestuursvoorzitter van verzekeraar Achmea. “Samen met de gehele raad van commissarissen heb ik me hard gemaakt voor die benoeming, en we zijn er trots op.”

Toenemende aandacht voor vrouwelijke benoemingen

De noodzaak voor meer vrouwelijke benoemingen is er, maar Hofsté signaleert ook dat het aangekondigde wettelijke ingroeiquotum aardig wat reuring veroorzaakt. Dat quotum houdt in dat raden van commissarissen van het beursgenoteerde bedrijfsleden uit minstens 33 procent vrouwen moeten bestaan. “Bedrijven sorteren voor op de wet en benoemen meer vrouwen in beide topgremia, dus ook de raad van bestuur.” De voorzichtig positieve ontwikkelingen geven geen aanleiding tot achteroverleunen, maar tot doorzetten op de thema’s diversiteit en inclusie (D&I).

Dat is precies de reden dat Hofsté zitting heeft in de raad van advies van SER Topvrouwen, onderdeel van het SER-programma Diversiteit & Inclusie. “Dat ik als invloedrijkste corporate vrouw gezien word, brengt een verantwoordelijkheid met zich mee waarvoor ik niet weg wil lopen. Het is nodig bedrijven te stimuleren en een appèl op ze te doen. We zien nu gebeuren dat bedrijven die al veel werk hebben gemaakt van genderdiversiteit ook bezig zijn met culturele diversiteit. Voor bedrijven die pas net bezig zijn met diversiteit, is dat de volgende grote stap. En persoonlijk vind ik diversiteit op het vlak van leeftijd ook erg belangrijk. In de boardroom zijn onvoldoende jonge mensen vertegenwoordigd. Ouderen verdienen echter ook waardering: zij zijn met hun kennis en wijsheid net zo belangrijk. Diversiteit is heel breed: je wilt vraagstukken vanuit zoveel mogelijk invalshoeken bekijken. De raad van advies van SER Topvrouwen is daar een mooi voorbeeld van: er zitten CEO ’s in, iemand vanuit de vakbeweging, de wetenschap, mannen en vrouwen vanuit verschillende achtergronden.”

Inclusie en psychologische veiligheid onmisbaar in de boardroom

Om van diversiteit een succes te maken, is inclusie een voorwaarde. Er is psychologische veiligheid nodig om mogelijk te maken dat iedereen vrij spreekt en bij kan dragen. Hard werken, noemt Hofsté dat. “Janine Vos, CHRO van Rabobank en lid van de raad van advies van SER Topvrouwen, zei het laatst erg mooi: ‘Inclusie is dat je niet alleen uitgenodigd wordt voor het feestje, maar ook echt mee mag doen op de dansvloer.’” Diversiteit betekent slechts dat je uitgenodigd wordt, maar dat is niet genoeg: het is niet de bedoeling dat ‘genodigden’ langs de kant blijven staan. “Zolang vrouwen in de minderheid zijn, bestaat het risico dat ze zich aanpassen aan een masculiene omgeving. Daarmee gaat de authenticiteit verloren. Toezichthouders zijn er om het bestuur te challengen op inclusie, maar daar gaat aan vooraf dat we onze eigen biases onderkennen. Zelf ben ik daar natuurlijk ook niet vrij van: ik heb weleens te makkelijk gedacht dat vrouwen zich meer thuisvoelen in dienstverlenende rollen – wat natuurlijk te kort door de bocht is.”

Het vrouw-zijn in de corporate top

Organisaties moeten nog flink werken aan een inclusief klimaat. Aankaarten dat een organisatie nog te weinig inclusief is, is volgens Hofsté voor vrouwen extra moeilijk. “Ben ik weleens gepasseerd, omdat ik een vrouw ben? Zonder twijfel. Toen ik nog binnen de accountancy werkte, voelde ik mij een keer gepasseerd als lead partner op een klus.” Dat gaf een donkerbruin vermoeden, maar: ‘Ik kon niet hard maken dat dat met mijn vrouw-zijn te maken had. Je krijgt legitieme en rationele redenen voorgeschoteld en die rationele vragen stelde ik mijzelf ook.’ Kijken we naar de droge cijfers over man/vrouwverhouding aan de top, dan wordt snel duidelijk dat het statistisch niet te rechtvaardigen is dat het balletje zo vaak naar een man rolt. Het individu kan dat niet veranderen, maar de kartrekkers die in de business case van D&I geloven en die ook bereid zijn zich uit te spreken, staan samen sterk. “Dat maakt meteen het nut van SER Topvrouwen duidelijk.”

Een wens voor alle topvrouwen

Toen Hofsté in 2020 voor de vierde keer door Management Scope tot ’s lands invloedrijkste corporate vrouw werd verkozen, volgde een vraaggesprek met het Financieele Dagblad. Voelt u zich eigenlijk nog wel eens onzeker, was één van de vragen. Ze gaf destijds een opvallend eerlijk antwoord: “Ja, eigenlijk wel. Ik vraag me nog regelmatig af of mijn mening ertoe doet en of ik het allemaal wel zo goed weet, en ik denk niet dat ik dat gevoel ooit kwijtraak.”

Is een inkijkje geven in je eigen kwetsbaarheid voor Hofsté de ultieme inclusie? Met een lach vertelt Hofsté: “Tien jaar geleden zou ik zoiets nooit gezegd hebben, maar diversiteit en inclusie veranderen het spel. De toetreding van vrouwen heeft ervoor gezorgd dat ook mannen zich niet meer voortdurend tot de rol van haantje veroordeeld voelen, ook zij boren bij zichzelf andere kwaliteiten aan. Er is ruimte gekomen. Mijn wens voor alle topvrouwen is dan ook dat zij zichzelf kunnen zijn. Zorg dat je goed inzicht hebt in je eigen kracht en uitdagingen, maar ook in je onzekerheden. Je hoeft niet alles te kunnen en weten, besef dat het nuttig is bij anderen te rade te gaan en blijf je vooral zo lang mogelijk verbazen. Vergeet niet dat je gekozen bent, omdat jij waarde toevoegt. Het is zo jammer als na de onboarding blijkt dat iedereen overgoten is met dezelfde ‘saus’. Blijf liever jezelf.”

Tekst Nicole Gommers

Petri Hofsté