Kolencentrales en CCS
Het Energieakkoord sluit aan bij Europees beleid. Dat richt zich op een reductie van 80 tot 95 procent van de uitstoot van broeikasgassen in 2050. De afbouw van de meest vervuilende en minst efficiënte kolencentrales past daarin.
Daarnaast is afvang, gebruik en opslag van CO2 bij de industrie en bij gas- en kolencentrales onvermijdelijk om op lange termijn te komen tot een volledig duurzame energievoorziening.
Ambitie
- Invulling van de afspraak in het Energieakkoord over de sluiting van vijf kolencentrales gebouwd in de jaren tachtig.
- Langetermijnvisie op de positie van CCS (carbon capture and storage) in de transitie naar een duurzame energievoorziening.
Aanpak
Het voornemen om kolencentrales uit de jaren tachtig te sluiten stuitte op mededingingsbezwaren van de Autoriteit Consument en Markt (ACM). Onder leiding van de SER is daar een oplossing voor gevonden.
De kern daarvan wordt gevormd door eisen voor het elektrisch rendement van kolencentrales. Deze eisen liggen vast in het Activiteitenbesluit Milieubeheer.